dinsdag, mei 27, 2003

Terug in Latinoland 2: Sobornar, Shopear y La receta secreta



Naast familiebezoek hebben Freddy en ik ook nog wat tijd genomen om er samen op uit te gaan. En als je al bijna 5 maanden zonder elkaar hebt gezeten, wat is dan je erste stop? "Isla del Amor" (het eiland van de liefde) natuurlijk! Een piepklein onbewoond zandbultje voor de kust van Tumbes, in het uiterste noorden van Peru, met een 3 stoelen tellend restaurant, met heerlijke schaal-en schelpdieren, een bejaarde man die de bijbehordende schelpen verkoopt en verder niets dan zand, golven en teveel zon voor mijn huid. Vanhier was het verder richting de grens met Ecuador.

Zo'n twee jaar geleden volgde ik aan de universiteit van Utrecht een vak in Latijns-Amerikaanse cultuur. Bij het onderwerp "corruptie" liet men ons een video zien over de "Mordida" in Mexico, de ge-insitutionaliseerde corruptiepraktijken van de politie aldaar. Je zag een agent die rolijk naast een bordje "Verboden te parkeren" parkeergeld stond op te halen terwijl op zijn radio de ene bankroof na de andere voorbij kwam. Voor je echt boos kon worden over zoveel brutaliteit werd er dan wel even bijgezegd dat het salaris van agenten in de Mexicaanse hoofdstad zo laag is, dat dit soort praktijken de enige manier zijn om je familie in leven te houden. Vaak betalen ze voor hun wijk: hoe meer er te halen valt, hoe minder gevaar, hoe duurder de wijk. Latino's klagen aan één stuk door over corrupte politici, maar als het even zo uitkomt, doen ze zelf vrolijk mee aan het systeem. Mijn Argentijnse huisgenoot wist vol trots te vertellen dat hij nog nooit een snelheidsovertreding had hoeven betalen, gewoon een kwestie van de dienstdoende agent wat toestoppen! En hoewel ik dus terdege wist dat het op grote schaal gebeurd hier, had ik nog nooit een "Soborno" in werking gezien. Tot afgelopen week...

In Peru is stemmen verplicht. Iedereen heeft een identiteitskaart, waarop wordt bijgehouden of je hebt gestemd, en zo niet, dan moet je iedere keer als je het land verlaat een stevige boete betalen. Tijdens de laatste gemeenteraadsverkiezingen zat Freddy echter bij mij in Argentinië. Pogingen om op een Argentijns consulaat te stemmen liepen op niets uit. Nu Freddy en ik onderweg waren naar Ecuador was een boete van 120 soles (zo'n 30 euro, een smak geld als je weet dat Freddy met een nacht werken 25 soles verdient) onontkoombaar... Of toch niet?Op de grens stopte Freddy een briefje van 10 soles tussen zijn paspoort "Gewoon proberen". De man die onze paspoorten controleerde zat alleen op zijn kantoortje. Toen hij het paspoort op de bladzijde met het bankbiljet opende kwam er een grote frons op zijn gezicht: "Dat hoort men niet te doen he?", zei hij. "Tja", mekte Freddy droogjes op, "nu heb ik het al gedaan, toch?". Ik kon mijn ogen niet geloven doen het bankbiljet in één gebaar werd gevouwen en in een achterzak verdween. Een stempel, en buiten stonden we weer. Het ging allemaal zo snel dat ik het nog even bij Freddy na moest vragen: "Mogen we nu gewoon door?". Ja dus! In de bus die ons de grens met Ecuador overbracht zat ook een Peruaans stelletje. Ze waren helemaal uit Lima gekomen met 25 kratten eieren, om deze in Ecuador te verkopen. Daar is niets mis mee, maar officieel hoor je daar naturlijk wel belastingen en rechten over te betalen, die dan weer zo hoog zijn dat het verkopen weer niet de moeite waard is. Toen de Ecuadoriaanse politie door de bus begon te lopen en op het dak klom verbleekte het meisje hevig: "Shit, zie je wel, we hadden ze toch iets moeten geven!". Het leek me wel vrij sneu om dik 20 uur te reizen vanaf Lima, met al die eieren, en dan in het zicht van de finish te worden aangehouden. Maar ze hadden geluk: de beambtes verdwenen weer zonder problemen. Pfiew!

"Shopear" is een afgrijselijk barbarisme van het Engelse "to shop". Hier in Perú en Ecuador zul je het niet vaak tegenkomen, het komt van de upperclass-eigenaresse van het huis waar ik in Buenos Aires woonde. Type "Absolutely Fabulous, darling". Type dat nooit een supermarkt van binnen heeft gezien, want daar was een meisje voor. In al zijn afschuwelijkheid geeft "shopear" het verschil in winkel(tje)s voor de dagelijkse boodschappen goed weer. In het Europees georienteerde Buenos Aires was inkopen doen vergelijkbaar met de Holandse AH of C1000. In de gepolariseerde samenlevingen (grote verschillen tussen arm en rijk) van Perú en Ecuador zijn de mogelijkheden uitgebreider. Iedere buurt hier heeft zijn "Pulperia", een winkeltje van maximaal 4 vierkante meter waar, vaak vanachtereen metalen afrastering, alles wordt verkocht van bananen tot WC-rollen. Daarnaast is de pulperia het punt waar de buurt zich verzamelt om het laatste nieuws uit te wisselen. Supermarkten zijn er ook, hoewel beperkt in aantal en vaak alleen gevestigd in beschermde, rijke wijken. Aangezien de supermarkt vaak vrij duur is en afgeladen is met (dure) Amerikaanse merken, doen alleen de rijkeren, toeristen en exparts hun shopear bij de supermarkt. De rest van de mensen is aangewezen op de Mercado, één van de centrale gebouwen (naast kerk en gemeentehuis) in iedere stad, ieder gehucht en alles daartussenin. De markt bestaat vrijwel altijd uit een keel voor kleding en huishoudelijke spullen (plastic bakken en de hier inmens populaire geruite mega-tas), een deel waar je een maaltijd kunt krijgen en een deel etenswaren (weer verdeeld in fruit, vlees, vis, aardappelen en geneesmiddelen bijvoorbeeld). De herrie, de hoeveelheid mensen, vreemde vruchten en geuren zijn onbeschrijfelijk en om deze reden voor mij ook vaak één van de hoogtepunten van iedere stad. Geen betere plaats om mensen te kijken! Wegens rondhangende koeiedarmen, ogen van onbekende dieren (hopelijk) en kippenpoten is een stevige maag aanbevolen. En met dames die kippen dragen of het bananen zijn (in een tros) en cavias (lokale lekkernij) in een zak verslepen, is weekhartigheid ook niet aanbevolen.

Cuenca, een beeldschoon stadje in het zuiden van Ecuador, was onze eerste stop. In omringende dorpjes wordt op zondag een grote markt gehouden, die ik natuurlijk moest zien. Een kakefonie van geluiden, kleuren, kippen, manden, schildpadden, cavias, mais en suikerriet. En natuurlijk konden we niet weg zonder de lokale specialiteit geproeft te hebben: Chancho (vaken) aan het spit! De aankleding had wat sfeervoller gekund (met blote handen werd een vrolijk uitziend varken aan het spit uitgegraven, waarna je een bord ontving met gekookte mais en een berg... uhm..vaken), maar de smaak én het kijkplezier was desde beter.

Dan toch ook maar een eetverhaaltje: De eerste week van mijn verblijf hebben Freddy en ik afwisselend bij hem thuis en in de stad gegeten. Zijn moeder is een prima kok, maar schept op voor een weeshuis en is dan bezorgd als ik bij 25 graden tussen de middag maar een kwart opkan. Wat apart blijft (en dat geldt volgens mij voor dit hele continent) is de voorliefde voor koolhydraten. De schijf van vijf blijft hier als een kapotte plaat wel érg lang hangen op het vakje "Graanproducten en peulvruchten". Al vanaf mijn tijd in Nicaragua kan ik een glimlach niet onderdrukken als ik weer zo'n bord krijg met rijst, een flinke portie friet, wat cassave en/of (zoete) aardappelen erbij, een paar stukken brood of tortilla ernaast en liefst nog even aanvullen met bonen. En dan verbaasd zijn dat alle 16-jarige vrouwen hier bloedmooi zijn, maar op hun 30ste 2 buszittingen nodig hebben! Gelukkig zijn er ook lichtere maaltijden (al moet je even zoeken). Zoals waarschijnlijk welbekend is mijn Peruaanse favoriet Ceviche, een mix van rauwe vis en mariscos (garnalen, inkvis, schelpdieren) met limoensap, uien en pepers. In het noorden van Peru hebben ze het ceviche maken tot een kunst verheven, met als lokale favoriet de Ceviche de conchas negras. Conchas negras (zwarte schelpen) zorgen ervoor dat de ceviche een zwrtbruine kleur krijgt, maar de smaak is ongelooflijk. Dat het onder je neus uit het water wordt gehaald helpt natuurlijk ook mee...

Zo nu en dan loop je ook nog tegen heel speciale dingen aan. Zo nam Freddy me mee naar een soort vrachtwagenchaufferscafé, waar ze iedere dag afgeladen vol zitten. Het lokaal bestaat uit aangestampte grond, plastic krukjes en Inca Kola-reclames, maar iedereen komt maar voor één ding: de lokaal wereldberoemde "guisada" (visstoofpot). Die bleek zo lekker dat ik eigenlijk best het recept wilde , maar in verband met concurrentie was dat nou net geheim. Na een beetje overleg met de jonger serveerster Rosa, die er de lol wel van inzag, werd ik meegesleept naar de keuken, waarin haar oma, een dame met veel gouden tanden die geld aan het tellen was en (opmerkelijk lang voor een Peruaan) de kok. "Mil dolares!" (duizend dollar) bulderde deze nog, maar met de belofte dat het mee naar Nederland zou gaan, kreeg ik het recept mee. Nu nog even duimen dat alle ingredienten ook in Nederland te krijgen zijn!

Een paar dagen terug zijn we aangekomen in Baños, wat verder naar het noorden in Ecuador. Anagezien het nu wel weer even genoeg is geweest, daarover de volgende keer...

donderdag, mei 22, 2003

Terug in Latinoland 1: Tradiciones Peruanos y Cuentas en tres idiomas


Terug in Perú, terug in Trujillo.

De busrit van Lima naar Trujillo was een avontuur. Ik sliep al niet al te best in de hevig vertraagde, rammelende bus. De buschauffeur bleek echter vastbesloten met het barrel de verloren tijd in te halen. Of dat de reden was, of dat hij wellicht echt in slaap was gevallen zoals later een aantal mensen beweerden weet ik niet, maar feit is dat ik góed wakker werd toen de bus met veel kabaal van de weg raakte en iedereen luidkeels begon te schreeuwen en protesteren. De bus was snel genoeg weer op de weg, maar een aantal mensen bleven roepen om een andere chauffeur. Hoewel ik erg veel zin kreeg om uit te stappen leek me dat in het midden van niets geen geweldig idee. Maar gelukkig blijken er mensen te bestaan met een stuk meer vertrouwen. Van achterin de bus riep een oudere heer dat wel allen vertrouwen moesten hebben in el señor (die meneer, de buschauffeur). Toen hij echter doorzaagde over het besturen van de handen van de chauffeur, besefte ik dat het ging over vertrouwen in El Señor (De Heer)! Welkom in Perú!

Vorig jaar vertelde ik al in één van mijn verhalen over (het gebrek aan) trots in de zuidamerikaanse landen: over mensen die liever Amerikaanse producten kopen dan Peruaanse, over massa's goedopgeleide mensen die uit hun land vertrekken omdat he er geen brood meer inzien, over het eeuwige geklaag op de politici en op de sociale en economische gevolgen die dat heeft of kan hebben op een land als Perú. Enkele dagen geleden hoorde ik op de radio een reclamespotje met mensen die vrolijk zongen dat ze zo trots waren uit Perú te komen. Het deed wat grappig aan, en hopeloos ook, daar het door acteurs laten zingen van Perú joepie, joepie en wat zijn we heden blij een soort omgekeerde self fulfilling prophecy is (zo dat bestaat): Hoe harder je het blijkbaar moet zingen, hoe minder het het beoogde gevoel zal veroorzaken. Je moeder die roept dat je broek heus wel hip is, zeg maar.
Over de trots op het land heb ik ook discussies met Freddy en zijn vader. En hoewel we het over veel dingen eens zijn, delen zij (natuurlijk, zou ik bijna zeggen) mijn optimisme en vertrouwen in een maakbare/veranderbare samenleving niet: Zolang het politieke systeem niet verandert, zal het land niet veranderen, houden zij vol. Mijn (bescheiden) mening is dat politici niet uit het niets komen, politici komen uit datzelfde land, uit diezelfde samenleving, en als je die kunt veranderen geldt dat dus ook voor het politieke systeem. Ik heb eens iemand horen beweren dat ieder volk de politici krijgt die zij verdient. Om dat hier te verkondigen zou echter wel erg bot zijn. Bovendien hoop ik zelf eigenlijk ook, na Nederland het afgelopen jaar, dat die stelling niet klopt.

Eén van de zaken waar Peruanen volgens het spotje trots op zouden moeten zijn zijn hun tradities. Hier in Trujillo betekent dat: Marinera! Op vrijdagavond blijkt de band van het politiekorps een uitvoering te geven op de centrale Plaza. Vanaf de eerste noot schieten uit alle hoeken en gaten kinderen en jongeren die Marinera gaan dansen. In Nederland heb ik nog nooit iemand onder de 85 een flokloristische dans zien doen, dus wellicht dat mijn beeld van onze klompendans niet correct. De Marinera blijkt in ieder geval geensinds een stijve dans voor bejaarden, maar een sierlijke, uitdagende dans, waarin volop wordt geflirt tussen de danspartners. Het mooist om te zien was een meisje van een jaar of acht, in een geweldige wijde rok, die danste en lonkte of haar leven ervanaf hing. Dat wordt nog wat!

Natuurlijk heb ik, voor ik hierheen kwam, een aantal typisch Hollandse cadeautjes aangeschaft voor Freddy en familie. De pot pindakaas is inmiddels alweer leeg en ook de stroopwafels vallen goed in de smaak. Ik vond zowaar een leuk boek over Nederland in het Spaans, met mooie foto's van de Deltawerken, Delft, klompen, Flevoland en het Openluchtmuseum. Het blijkt wel wat gedetailleerd: zo nu en dan word ik nu overvallen door vragen over de 100-jarige oorlog, het stadhuis van Gouda en het Zuiderzeemuseum. Sowieso zijn de vragen over Nederland en onze gewoontes af en toe nogal diepgaand, zodat ik me een beetje begin af te vragen hoe goed ik mijn eigen land eigenlijk ken. Want wat kost een stuk grond in Nederland (ik weet dat er in ieder geval wel verschil zal zijn tussen de Kalverstraat en de bush-bush van Drente) en hoeveel verdient een leraar (en dan moet je uit gaan leggen dat wij Nederlanders niet praten over ons salaris behalve dan als je net bent afgestudeerd-) bij ons?

Naast vertellen over Nederland breng ik nogal wat tijd door met het geven ven Engelse les. Vorige keer had ik op de Plaza in Lima al hele interviews met overijverige studenten Engels, deze keer heeft Freddys halve familie zich vol enthousiasme op het engels gestort. Voor Freddy valt het niet mee, vooral de uitspraakt blijft een hele uitdaging. Want hoe leer je iemand een H als deze in het Spaans niet wordt uitgesproken? We hebben een manier gevonden! Maar bij deze een waarschuwing: Als jullie over een paar maanden een donkere jongen treffen die het op een wel zéér erotische wijze over Hhhhhholland heeft, dat weet je met wie je te maken hebt! Mijn Spaans heeft zich de afgelopen maanden aardig goedgehouden, zo blijkt. Het vloeiend spreken brengt juist voor mij uitdagingen met zich mee, daar ik weiger me te behelpen met basis-spaans ik ik me dus steeds vaker in onmogelijke bochten moet wringen om vreemde, abstracte begrippen (Aandelenhandel met voorkennis, anyone?!) uit te leggen. Geen idee of jullie het televisieprogramma Dinges wel eens hebben gekeken (waarin 6-jarigen bepaalde woorden moeten uitleggen)? Freddy zou inmiddels een volmaakt pannellid maken!

Van het nieuwtjesfront kan ik nog melden dat ik de afgelopen week een beetje tobte met een oogontsteking. Dokterbezoek in dit deel van de wereld blijft verrassend, vooral voor de dokter in kwestie, die niet gewend is aan een patient die wil weten wat dat middel dan wel doet en die graag uitgelegd wil krijgen wat een mild dieet te maken heeft met een oogontsteking....Mijn ogen zijn inmiddels weer ok!

Een ander ding dat me na die paar maanden were opvalt is de overweligende natuur, zelfs in het kurkdroge Peruaanse kustgebied, zelfs in de winter, zelfs in een grote stad als Trujillo: Overal enorme bloemen, zwaar-bebladerde bomen met vlinders en kolibries. Ik blijf dat wonderlijke beesten vinden, maar voor Freddy is het net zoiets als onze saaie tuin-mus. Van een iets minder lievige noot was de overweldigende stank toen we gisteren op het strand schelpen en zeeegels zochten. Getverdemme, meende Freddy, dat hoort de gemeente toch op te ruimen?! Dát, bleek een enorme, erg overleden zeeleeuw, zomaar midden op het strand!

Het weer is, vergeleken met Nederland prima. De winter is op komst, dus is het wel een stukje kouder dan de mensen gewend zijn. Maar 21 graden overdag, met wat afkoeling 's avonds is naar Nederlandse standaarden nog altijd niet gek. De Trujillilianos kleden hun kinderen echter of er een sneeuwstorm op komst is: Jassen, truien, mutsen, ik heb zelfs wanten voorbij zien komen! Erg grappig...

Dat was wel weer even genoeg voor nu. Hopelijk gaat het in Nederland ook ok. Ik heb mijn rug nog niet gekeerd of ze hebben (zo heb ik begrepen), net als vorig jaar, een nieuwe regering bijeengesprokkeld... Houd me op de hoogte!